Main Index: Hollands Statenvertaling

 

Psalmen 20

[1] [2] [3] [4] [5] [6] [7] [8] [9] [10] [11] [12] [13] [14] [15] [16] [17] [18] [19] [20] [21] [22] [23] [24] [25] [26] [27] [28] [29] [30] [31] [32] [33] [34] [35] [36] [37] [38] [39] [40] [41] [42] [43] [44] [45] [46] [47] [48] [49] [50] [51] [52] [53] [54] [55] [56] [57] [58] [59] [60] [61] [62] [63] [64] [65] [66] [67] [68] [69] [70] [71] [72] [73] [74] [75] [76] [77] [78] [79] [80] [81] [82] [83] [84] [85] [86] [87] [88] [89] [90] [91] [92] [93] [94] [95] [96] [97] [98] [99] [100] [101] [102] [103] [104] [105] [106] [107] [108] [109] [110] [111] [112] [113] [114] [115] [116] [117] [118] [119] [120] [121] [122] [123] [124] [125] [126] [127] [128] [129] [130] [131] [132] [133] [134] [135] [136] [137] [138] [139] [140] [141] [142] [143] [144] [145] [146] [147] [148] [149] [150]

20:1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester. (20:2) De HEERE verhore u in den dag der benauwdheid; de Naam van den God Jakobs zette u in een hoog vertrek.

20:2 (20:3) Hij zende uw hulp uit het heiligdom, en ondersteune u uit Sion.

20:3 (20:4) Hij gedenke al uwer spijsofferen, en make uw brandoffer tot as. Sela.

20:4 (20:5) Hij geve u naar uw hart, en vervulle al uw raad.

20:5 (20:6) Wij zullen juichen over Uw heil, en de vaandelen opsteken in den Naam onzes Gods. De HEERE vervulle al uw begeerten.

20:6 (20:7) Alsnu weet ik, dat de HEERE Zijn Gezalfde behoudt; Hij zal Hem verhoren uit den hemel Zijner heiligheid; het heil Zijner rechterhand zal zijn met mogendheden.

20:7 (20:8) Dezen vermelden van wagens, en die van paarden; maar wij zullen vermelden van den Naam des HEEREN, onzes Gods.

20:8 (20:9) Zij hebben zich gekromd, en zijn gevallen; maar wij zijn gerezen en staande gebleven.

20:9 (20:10) O HEERE! behoud; die koning verhore ons ten dage van ons roepen.

 

Created with HTMLCompiler by BibleDatabase